Leven en werken in Afrika betekent ook geworteld raken in de lokale gemeenschap en betrokken zijn op de mensen met wie je geregeld omgaat en hun lief en leed delen. Geregeld wordt er een beroep op je gedaan waar je onmogelijk aan voorbij kunt gaan. Soms gaat het om een eenmalige ondersteuning, een andere keer is hulp op langere termijn nodig.
Michael bijvoorbeeld is een jongentje uit een dorpje vlakbij met een hersenbeschadiging. Hij heeft nooit leren lopen en praten en kreeg ook niet de aandacht die hij nodig had omdat zijn moeder niet wist hoe ze met hem om moest gaan en ook geen tijd heeft omdat ze al haar energie nodig heeft om als alleenstaande moeder te overleven. Michael is twee jaar op de kleuterklas van de Bondeko school geweest en maakte enorme vorderingen, maar meer konden we daar niet voor hem doen. Sinds kort hebben we een centrum gevonden waar kinderen met allerlei lichamelijke en mentale beperkingen terecht kunnen. Voor Michel de mogelijkheid om onder andere kinderen te komen en zich verder te ontwikkelen binnen zijn mogelijkheden.
Irene is inmiddels 16 jaar oud. Sinds 8 jaar zorgt de stichting Bondeko voor haar toen bleek dat ze HIV positief was. Ze werd geïnfecteerd bij de geboorte en haar moeder overleed vrij snel daarna. Haar vader wil niet van haar weten en is inmiddels hertrouwd. Gelukkig vonden we medische begeleiding bij een Amerikaans onderzoeksinstituut voor aids met een speciaal programma voor kinderen. Sinds 5 jaar moet ze dagelijks pillen slikken. Het gaat gelukkig allemaal goed. Ze zit nu in de vierde klas van de middelbare school (MAVO) en doet dit jaar eindexamen. Ze wil graag verpleegster worden.